De boel bij elkaar houden
Martella Blaak wilde als voorzitter ‘revolutionair’ zijn, maar de periode van één jaar was daarvoor te kort. Persoonlijk is zij door dat ene jaar wel gegroeid.
Martella Blaak
Voorzitter: JOB 2010-2011
Was toen: International tax lawyer, Loyens & Loeff
Is nu: Global tax director, Danone
Grootste leider: We kunnen het samen nog zoveel mooier maken, maar het individuele belang of kortetermijndoelen voeren nog te vaak de boventoon. Zo kom ik bij Mahatma Gandhi. Hij bleef altijd het goede in mensen zien, ondanks tegenslagen, geweld en onbegrip, om uiteindelijk tot echte verandering te komen.
De JOB in één woord …
‘Informeel’
Hoe werd je voorzitter van het JOB-bestuur?
‘Ik was eerder al secretaris en daarna heb ik de taak van voorzitter op me genomen. Met als doel: iets neer te zetten en om mijn netwerk verder uit te bouwen. Dat tweede is zeker gelukt. Tijdens mijn rechtenstudies zat ik ook in besturen, maar nooit als voorzitter. Toen die kans zich voordeed bij de JOB heb ik die aangegrepen.’
Hoe kijk je op die tijd terug?
‘Met heel veel plezier. Het bestuur bestond uit een ontzettend leuke groep mensen. We hadden regelmatig overleg tijdens diners waar ook ervaringen werden uitgewisseld. Als iemand op kantoor met hetzelfde ‘probleem’ zat, dan relativeerde je dat. Dan zie je dat iedereen eigenlijk met dezelfde dingen worstelt. Ik kan mij ook herinneren dat de sfeer onderling goed was, er werd altijd wel gelachen en doorgaans zaten we op één lijn. We hebben een golftoernooi georganiseerd, een bowlingavond en we organiseerden regelmatig borrels. Daarnaast besteedden we uiteraard veel tijd aan vaktechniek door lezingen, wel op een laagdrempelige en informele manier.’
Wat vond je bijzonder aan het voorzitterschap?
‘Zodra je in de rol van voorzitter stapt, zijn er bepaalde verwachtingen. Stap één is de boel bij elkaar houden, stap twee is iets opbouwen. Dat laatste, vernieuwend zijn, was niet zo eenvoudig. Je kunt wel wilde plannen hebben, je moet ook de leden meekrijgen. Ik kan me goed herinneren dat het jaar zo voorbij was. Had je net de smaak te pakken, moet je het stokje weer doorgeven. In die zin was ik in mijn jaar niet per se revolutionair. Je bent verder als voorzitter onderdeel van een team, maar je bent ook het boegbeeld, ook in contacten met de NOB. Dat brengt verplichtingen en verwachtingen met zich mee.’
Oud-NOB-directeur Frits Sobels gaf ons het gevoel: de JOB is niet zomaar een fröbelclubje
Ging alles goed?
‘We hebben ook teleurstellingen gekend. Een mooie activiteit opgezet, het hele bestuur enthousiast, en dan zijn er te weinig aanmeldingen. Dan denk je toch wel: we hebben niet helemaal geleverd. Dan moet je als bestuur ook resoluut zijn en besluiten de boel af te blazen. Dat hoort er ook bij.’
Hoe is jouw leiderschapsstijl in de jaren veranderd?
‘Ik ben veel zelfverzekerder en meer resultaatgericht. Nu weet ik: je moet een visie hebben. Met name als je tijd beperkt is, moet je je realiseren: ik heb maar een jaar, wat is mijn plan? Hoe ga ik het doen? Dat had ik toen veel minder. Die ervaring bij de JOB heeft mij wel gevormd.’
Welk aspect uit die tijd is je echt bijgebleven?
‘De momenten met Frits Sobels, oud-directeur van de NOB. Een inspirerend man die ons als jonge generatie echt serieus nam, ons de ruimte gaf en de tijd voor ons nam. Hij gaf ons ook het gevoel: de JOB is niet zomaar een fröbelclubje. Daarnaast leerde hij ons ook het grotere plaatje te zien, hoe de JOB past binnen de NOB.’
Wat heeft het voorzitterschap jou persoonlijk gebracht?
‘Vrij snel daarna ben ik voor langere tijd voor werk naar Parijs en later Singapore verhuisd en heb ik mijn lidmaatschap beëindigd. Op afstand is het lastig betrokken te blijven en PE-uren te halen. Nu ik weer terug ben, heb ik me direct weer aangemeld. Ik overweeg ook om actief te worden, op het gebied van vaktechniek of bij andere secties.’