Ik was de Stig

In de periode 2014–2019 schotelde ‘The Stig’ ons scherpe, humoristische en soms gedurfde columns voor in ORDE. Die leidden niet zelden tot grote ophef. The Stig gaat terug in de tijd en selecteert zijn persoonlijke top drie.

En… wie was hij, deze mysterieuze columnist? Sommige mysteries blijven onopgelost. Denk aan de moord op John F. Kennedy of de Bende van Nijvel. Andere worden uiteindelijk opgehelderd, vaak tot opluchting van de betrokkenen. Na al die jaren kan ik eindelijk mijn helm afdoen. Ik, Fred van Horzen, verbonden aan KPMG Meijburg & Co, was ‘The Stig’.  

Het idee dat een NOB-lid anoniem columns zou schrijven voor ORDE kwam van Frits Sobels. Ik kende Frits al langere tijd, onder andere als voormalig lid van de Commissie Wetsvoorstellen – die in mijn tijd nog niet de omvang had van een Poolse landdag – en als voormalig lid van de programmacommissie van de Stichting Opleiding Belastingadviseurs. 

In een van die rollen had ik Frits ooit deelgenoot gemaakt van mijn overtuiging dat de moordaanslag op JFK mede was veroorzaakt door diens voornemen om de ‘Oil Depletion Allowance’ – een fiscale faciliteit voor bedrijven – af te schaffen. Na een vergeefse tocht langs WFR en FED kon ik dat verhaal uiteindelijk kwijt in het blad Fiskaal van mijn alma mater, de Rijksuniversiteit Leiden (‘J.F.K., Het fiscale verhaal’, Fiskaal, 1992-5, p. 143 e.v.).  

Mogelijk vormde dat artikel de reden dat Frits mij eind 2013 benaderde om als columnist voor ORDE aan de slag te gaan. Het moest wel anoniem, want ‘het mocht of moest wel kunnen schuren, zonder represailles voor de auteur’. Ook konden de pijlen gerust op de NOB worden gericht. De naam ‘The Stig’ was bedacht door Frits, ontleend aan het programma Top Gear.  

Dat ‘mogen schuren’ leidde soms tot ongemakkelijke reacties bij de ORDE-redactie. Zo vernam ik dat naar aanleiding van één van mijn columns tijdens de redactievergadering de suggestie was gedaan om The Stig te vervangen door Fred van Horzen, ‘want die schreef tenminste leuke stukjes waar je om kon lachen.’ Hoe ironisch. 

Ik heb naar aanleiding van deze ‘coming out’ mijn columns nog eens teruggelezen. Ik denk dat ik erin ben geslaagd om het fiscale tijdsbeeld van die periode redelijk te vangen. Met uitzondering van de toeslagenaffaire, die had ik waarschijnlijk als gevolg van mijn integraalhelm niet helder op het netvlies.  

Terugkerende thema’s waren onder andere de druk vanuit de EU op de Nederlandse fiscaliteit, de kritiek vanuit het Nederlandse parlement op de rol van belastingadviseurs bij veronderstelde belastingontwijking, het fiscale beleid van de kabinetten-Rutte, en de chaos bij de Belastingdienst. Ook passeert een reeks staatssecretarissen van Financiën uit de periode 2014-2019 de revue, die ondertussen vrijwel allemaal in de fiscale vergetelheid zijn verdwenen. Zonder achterlating van enige fiscaal relevante nalatenschap. 

Mij is gevraagd een persoonlijke top drie van mijn columns samen te stellen. Op nummer één staat de allereerste column uit 2014, waarin ik onder andere aandacht besteed aan de PE-verplichting voor NOB-leden ingaande in 2014. In deze column speelt ook een oud-partner uit mijn werkomgeving een rol, wiens naam ik niet zal onthullen. 

Gevolgd door de column uit maart 2019 ‘Een snelle tussenbalans: Rutte III’. Hierin maak ik de negatieve balans op van het fiscale beleid van het kabinet-Rutte III. Op nummer drie staat wat mij betreft ‘Wisseling van de wacht’ die ik schreef in maart 2017. Dat Donald Trump in 2017 snel richting een exit zou gaan, kwam niet uit. Wat in januari 2021 wel uitkwam, was mijn voorspelling dat een exit van Trump met het nodige vuurwerk gepaard zou gaan.  

Ik sloot deze column af met ‘Stay safe!’ Woorden die ik graag zou willen herhalen, gevolgd door een dankzegging aan Frits Sobels voor het in mij gestelde vertrouwen.