Zoeken
Uitspraak Raad van Beroep 9 december 2020 (B 106) tegen de uitspraak van de Raad van Tucht 7 juni 2019 (T 379)
Eer en waardigheid (art. 1 RBU; onafhankelijkheid (art. 2 RBU). Klagers verwijten belastingadviseur niet het ontbreken van een opdrachtbevestiging. De Raad van Tucht heeft daarom ten onrechte geoordeeld over de verantwoordelijkheid van de belastingadviseur over de onduidelijkheid van zijn rol en heeft eveneens ten onrechte daarop voortbouwend geoordeeld dat Verweerder heeft gehandeld in strijd met de eer een waardigheid van het beroep. Niet aannemelijk dat belastingadviseur andere werkzaamheden dan die in de hoedanigheid van belastingadviseur heeft verricht en dat daarbij sprake is geweest van (de schijn van) belangenverstrengeling.
Uitspraak Raad van Beroep 16 november 2020 (B 108) tegen de uitspraak van de Raad van Tucht 3 december 2019 (T 381)
Declaratiegedrag (art. 12 en 14 RBU); deskundigheid (art. 8 RBU). Klacht dat belastingadviseur niet beschikt over voldoende deskundigheid niet aannemelijk gemaakt, Raad van Beroep beoordeelt kwaliteit verleende bijstand alleen terughoudend. Raad van Beroep is niet bevoegd te beoordelen welk bedrag precies gedeclareerd had mogen worden en beoordeelt declaraties marginaal. Afspraak over te betalen bedrag voor laatste deel advisering niet aannemelijk gemaakt.