Vijf vragen aan Lieke Mutsaers

Begin dit jaar trad Lieke Mutsaers toe tot het bestuur van de Stichting Opleiding Belastingadviseurs (SOB). Tijd voor vijf vragen aan haar.

Kun je jezelf voorstellen?

Mijn naam is Lieke Mutsaers. Ik werk bij Meijburg & Co als Director International Tax. Ik ben inmiddels bijna 19 jaar actief in de fiscale wereld. Binnen Meijburg richt ik me op het ondersteunen van collega’s en klanten bij het voorbereiden op de impact van nieuwe Europese en internationale wetgeving, zoals Mandatory Disclosure Rules, de rapportageverplichting voor digitale platforms (DAC 6 en DAC7) en momenteel vooral op Pillar II en de minimumbelasting 2024, die haar vertaling ook terugvindt in DAC9.

Ik denk graag mee over hoe de opleiding van aspirant-leden in een continu veranderende fiscale wereld verder doorontwikkeld kan worden

Sinds enkele maanden maak ik ook deel uit van het BEPS 2.0 Center of Excellence van KPMG. Hier ondersteun ik collega’s uit andere landen met Pillar II, met een focus op het Midden-Oosten. Ik verzorg onder andere trainingen om lokaal Pillar II-specialisten op te leiden, neem deel aan klantbesprekingen en ondersteun bij het maken van proposals. Hierin zie ik ook de kracht van een internationaal netwerk, wat met name bij Pillar II essentieel is, gezien de verschillende uitwerkingen van de regels in diverse landen. Het is dan ook waardevol om te kunnen sparren met collega’s in zowel binnen- als buitenland.

Wat motiveerde je om toe te treden tot het bestuur van de SOB?

Dit sluit eigenlijk mooi aan bij wat ik al doe. De kracht van zowel een nationaal als internationaal netwerk motiveert mij om trainingen en opleidingen te verzorgen. Dit doe ik al bij Meijburg, binnen het KPMG-netwerk en ook voor de NOB.

Ik denk dan ook graag mee over hoe de opleiding van aspirant-leden in een continu veranderende fiscale wereld verder doorontwikkeld kan worden. Het doel is om altijd een opleidingsprogramma aan te kunnen bieden dat de laatste stand van zaken en actualiteiten omvat. Zo kunnen leden hun vakgebied bijhouden, maar ook buiten hun eigen specialisatie kennis opdoen. Door toe te treden tot het bestuur van de SOB hoop ik hieraan een steentje bij te kunnen dragen.

Wat doe je al voor de SOB?

Ik geef al enkele jaren cursussen binnen de beroepsopleiding, waaronder over de Mandatory Disclosure Rules. Dit doe ik nu voor het vierde jaar samen met enkele andere docenten uit de sectie Mandatory Disclosure Rules. Sinds vorig jaar geef ik ook binnen de beroepsopleiding de cursus over Pillar II, als onderdeel van de cursus Internationaal en Europees Belastingrecht voor Specialisten, samen met een andere Pillar II specialist. De tweede sessie hiervan hebben we medio februari afgerond.

Wat zie je als de grootste uitdagingen en kansen voor de SOB?

Een van de uitdagingen is het monitoren van de kwaliteit van de uitwerkingen van de voorbereidingsopdrachten. De afgelopen tijd is er veel aandacht voor examenfraude, een belangrijk aandachtspunt voor het SOB-bestuur. Om fraude tegen te gaan, is plagiaatsoftware ingevoerd. Hiermee kunnen we beter controleren of cursisten hun opdrachten zelfstandig maken en er geen sprake is van een gezamenlijke productie. Co-producties zijn niet toegestaan. Net als alle andere leden zijn ook aspirant-leden gebonden aan het Reglement Beroepsuitoefening en de Code of Conduct, die de basis vormen voor professionele integriteit. Hierop worden zij dan ook in de uitnodiging gewezen.

Wij gaan ervan uit dat aspirant-leden de beroepsopleiding serieus nemen en er alles uit willen halen om hun kennis te verbreden en rekenen er ook op dat zij hun verantwoordelijkheid nemen en zich goed voorbereiden op elke cursus.

Een andere grote uitdaging maar tevens ook een kans de komende jaren is de opkomst van generatieve AI. Het is niet te voorkomen dat aspirant-leden hier gebruik van (gaan) maken bij het maken van hun voorbereidingsopdracht. Belangrijk is wel dat zij kritisch blijven op de antwoorden die hiermee worden gegenereerd en deze niet klakkeloos overnemen.

Zoals gezegd bieden technologische ontwikkelingen ook nieuwe kansen. Zo kunnen digitale platforms bijdragen aan diversiteit en inclusiviteit in de opleidingen. Overigens zie je dat door technologische veranderingen het vak van belastingadviseur ook verandert. Daar moeten we in de opleiding zeker ook aandacht aan besteden. We zien ook steeds vaker adviseurs zonder fiscale achtergrond werken in de fiscaliteit, bijvoorbeeld als TP-specialist of in tax technology. De SOB heeft hierop ingespeeld en voor deze kandidaat leden, biedt de SOB in de beroepsopleiding een compensatietraject aan waarin naast vakken fiscale basiskennis ook cursussen op hun vakgebied en vaardigheidstrainingen zijn opgenomen zodat ook zij de benodigde kennis kunnen opdoen. Zij zijn van harte welkom, omdat er nog steeds een tekort aan fiscalisten is.

Omdat er een tekort aan studenten fiscaal is, is het belangrijk ze te enthousiasmeren voor een carrière in de fiscaliteit Wat doet de NOB om de instroom van jonge fiscalisten te bevorderen?

In het eerste jaar van fiscale opleidingen moeten studenten al snel kiezen tussen Fiscaal Recht en Fiscale Economie, terwijl de studies nog weinig onder de aandacht worden gebracht. De NOB werkt samen met de Belastingdienst en het Register Belastingadviseurs om deze fiscale studies beter onder de aandacht te brengen. Er wordt ook gekeken naar een gezamenlijk initiatief om het fiscale vak positief te positioneren.

Daarbij helpt het dat fiscale beroepen onlangs zijn uitgeroepen bij Indeed tot de beste baan van 2025. Ook ons eigen onderzoek laat een gunstig beeld zien. Dit draagt zeker bij aan een positieve beeldvorming en kan op termijn de instroom van nieuwe fiscalisten bevorderen.

De Belastingdienst is ook actief aan het werven. Hoe zie je de concurrentie tussen belastingadvieskantoren en de Belastingdienst voor nieuwe fiscalisten?

Allereerst hebben we een gezamenlijk belang, zoveel mogelijk studenten naar fiscale studies krijgen. Daarvoor ontwikkelen we op dit moment een voorlichtingscampagne. Zodra studenten afgestudeerd zijn, hebben ze veel meer mogelijkheden, waardoor er zeker sprake is van concurrentie tussen belastingadvieskantoren en de Belastingdienst. De arbeidsvoorwaarden en carrièremogelijkheden voor jonge fiscalisten bij de advieskantoren zijn erg goed, zoals uit ons eerder genoemde onderzoek blijkt. De Belastingdienst biedt echter ook aantrekkelijke secundaire arbeidsvoorwaarden en een goede work/live balance, wat voor studenten een belangrijke overweging kan zijn. Het is daarom belangrijk om als NOB het fiscale beroep onder de aandacht te blijven brengen en te laten zien welke interessante carrièremogelijkheden er zijn binnen de belastingadviespraktijk en het bedrijfsleven.