Veelgestelde vragen

Kies hieronder het onderwerp waarover uw vraag gaat. Staat uw vraag er niet tussen neem dan contact met ons op

Functioneel

Lidmaatschap

Beroepszaken

Beroepsopleiding

Permanente Educatie

Tuchtrechtspraak


Functioneel

U bent lid van de NOB en beschikt over de juiste inloggegevens, maar krijgt na inloggen op de website de melding ‘Geen toegang’? Dan kunt u onderstaande alternatieven proberen:

  • log in via een andere webbrowser
  • log in op een ander device (telefoon, tablet of laptop)

In de meeste gevallen lukt het via één van bovenstaande manieren wel om in te loggen.

Als inloggen ook via bovenstaande manieren niet lukt, stuur dan een mail aan ICT@nob.net. Vermeld in uw mail dat u bovenstaande opties heeft geprobeerd, maar dat u ook dan de melding ‘Geen toegang’ blijft krijgen.

Heeft u onlangs een mail van ons ontvangen over de e-learning Code of Conduct en/of het Self assessment en heeft u geen inloggegevens ontvangen vanuit onze online leeromgeving aNewSpring?

Voor een aantal trainingen van de Beroepsopleiding en voor een aantal e-learnings van de NOB wordt gebruik gemaakt van een digitale leeromgeving. In beide omgevingen kunt u inloggen met dezelfde inloggegevens. Heeft u deze gegevens niet (meer) maak dan gebruik van de optie ‘wachtwoord vergeten’.

Het e-mailadres waarmee u kunt inloggen is het (werk)e-mailadres dat bij de ledenadministratie van de NOB van u bekend is.

U ontvangt dan een mail met een link waarmee u een nieuw wachtwoord kunt instellen. Ontvangt u geen e-mail? Controleer dan uw spambox.

Als bovenstaande niet lukt, stuurt u dan een mail naar ICT@nob.net. Wij sturen u dan (opnieuw) uw gegevens toe. 

Voor een aantal trainingen van de Beroepsopleiding en voor een aantal e-learnings van de NOB wordt gebruik gemaakt van een digitale leeromgeving.

In beide omgevingen kunt u inloggen met dezelfde inloggegevens. Heeft u deze gegevens niet (meer) maak dan gebruik van de optie ‘wachtwoord vergeten’.

Het e-mailadres waarmee u kunt inloggen is het (werk)e-mailadres dat bij de ledenadministratie van de NOB van u bekend is.

U ontvangt dan een mail met een link waarmee u een nieuw wachtwoord kunt instellen. Ontvangt u geen e-mail? Controleer dan uw spambox.

Lidmaatschap

Voor de aanmelding moet gebruik worden gemaakt van het daarvoor bestemde aanmeldingsformulier NOB. Wij ontvangen het ingevulde en ondertekende aanmeldingsformulier met bijbehorende documenten bij voorkeur per e-mail (ledenadministratie@nob.net).

Het (aspirant-)lidmaatschap staat open voor belastingadviseurs die:

  • het beroep van belastingadviseur als hoofdberoep uitoefenen als partner of enig eigenaar van een NOB-erkende belastingadviespraktijk, in dienst van een NOB-erkende belastingadviespraktijk of in dienst van een samenwerkingsverband dat zich richt op de advisering van cliënten inzake hun belastingpositie (hiermee wordt bedoeld de belastingadviseur in dienst van een samenwerkingsverband waar geen partners zijn die het beroep van belastingadviseur uitoefenen);
  • zich hoofdzakelijk richten op de toepassing van het Nederlandse belastingrecht (al dan niet in een internationale context);
  • met succes een universitaire opleiding fiscaal recht of fiscale economie op doctoraal- of masterniveau hebben gevolgd aan een Nederlandse universiteit (of een gelijkwaardige voor het beroep relevante afstudeerrichting aan een buitenlandse universiteit).
  • niet strafrechtelijk zijn veroordeeld voor een misdrijf, aan wie geen bestuurlijke boete is opgelegd wegens een overtreding begaan bij zijn werkzaamheden en aan wie geen vergrijpboete is opgelegd als bedoeld in de artikelen 67d, 67e en 67f van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.

Ook staat het (aspirant-)lidmaatschap open voor bedrijfsfiscalisten. Het vereiste ‘zich hoofdzakelijk richten op de toepassing van het Nederlandse belastingrecht’ geldt – gegeven hun aparte positie – niet voor bedrijfsfiscalisten. De overige lidmaatschapsvereisten zijn wel van toepassing.

Om te kwalificeren voor het lidmaatschap moet u een universitaire opleiding fiscaal recht of fiscale economie op doctoraal- of masterniveau hebben gevolgd aan een Nederlandse universiteit, waarbij

–           ten minste 52 ects worden besteed aan belastingrechtelijke vakken, waarvan ten minste 30 in de masterfase;

–           ten minste 9 ects worden besteed aan privaatrecht als afzonderlijke discipline;

–           ten minste 9 ects worden besteed aan economie als afzonderlijke discipline.

Klik hier voor een overzicht van fiscale master-opleidingen die, onder het voorbehoud van wijzigingen in het curriculum, aan deze bovengenoemde eisen voldoen.

Onder voorwaarden is het ook mogelijk om met een gelijkwaardige voor het beroep relevante afstudeerrichting aan een buitenlandse universiteit of met een andere niet-fiscale universitaire opleiding te worden toegelaten tot het lidmaatschap (zie hiervoor het  Toelatings- en vrijstellingenbeleid

Kwalificeert een belastingadviseur, werkzaam bij een reeds NOB-erkende belastingadviespraktijk of bij een te erkennen belastingadviespraktijk van voor het NOB-lidmaatschap kwalificerende belastingadviseurs, niet voor het lidmaatschap omdat hij geen universitaire opleiding op doctoraal dan wel masters niveau in het fiscale recht of de fiscale economie heeft voltooid dan kan door het bestuur dispensatie worden verleend voor dit lidmaatschapsvereiste zodat de belastingadviseur kan worden toegelaten tot het lidmaatschap van de NOB en onder het tuchtrecht van de NOB gebracht kan worden. Dispensatie voor dit lidmaatschapsvereiste kan alleen worden verleend indien de belastingadviseur voldoet aan de overige lidmaatschapsvereisten en hij:

  • een universitaire opleiding op doctoraal dan wel masters niveau heeft voltooid;
  • voldoende basiskennis van en praktijkervaring in het Nederlandse belastingrecht heeft opgedaan om het beroep van belastingadviseur op verantwoorde wijze in Nederland uit te oefenen. Daartoe dient het kandidaat-lid na het afstuderen ten minste drie jaar ervaring te hebben opgedaan in de belastingadviespraktijk in dienst van een NOB-erkende belastingadviespraktijk alvorens hij toegelaten kan worden tot het aspirant-lidmaatschap. Indien het kandidaat-lid na het voltooien van de universitaire opleiding zeven jaar ervaring heeft als belastingadviseur, waarvan minimaal drie jaar in dienst van een NOB-erkende belastingadviespraktijk kan hij rechtstreeks worden toegelaten tot het gewoon lidmaatschap. Ervaring opgedaan nadat een kandidaat-lid zich had kunnen aanmelden voor het lidmaatschap wordt hierbij buiten beschouwing gelaten.
  • werkzaam is in dienst van een (te erkennen) NOB-erkende belastingadviespraktijk of partner is in een samenwerkingsverband waar de (te erkennen) NOB-erkende belastingadviespraktijk deel van uitmaakt.

Voor toelating tot het aspirant-lidmaatschap hebben wij het ingevulde en ondertekende aanmeldingsformulier, een kopie van een bachelorbul+cijferlijst en een kopie van een masterbul+cijferlijst nodig. Indien de masterbul nog niet beschikbaar is kan voorlopig worden volstaan met een getuigschrift en wordt u onder voorbehoud toegelaten tot wij uw bul hebben ontvangen.

Na ontvangst van uw aanmeldingsformulier zullen wij dit zo spoedig mogelijk verwerken. Bij toelating ontvangt u een toelatingsbrief met inloggegevens voor uw Persoonlijke Pagina. Via deze Persoonlijke Pagina kunt u zich aanmelden voor de eerstvolgende Algemene Introductiebijeenkomst van de Beroepsopleiding Belastingadviseurs.

Nee, inschrijving voor de Beroepsopleiding Belastingadviseurs staat uitsluitend open voor aspirant-leden van de NOB. 

Belastingadviseurs die meer dan drie, vijf of zeven normjaren ervaring in de belastingadviespraktijk hebben, komen in aanmerking voor respectievelijk een kleine (17 dagdelen), grote (28 dagdelen) of volledige vrijstelling voor de Beroepsopleiding Belastingadviseurs. Daarnaast zijn er vrijstellingen voor fiscalisten, die de beroepsopleiding advocatuur of notariaat hebben afgerond en voormalig inspecteurs. Ook fiscalisten die zijn gepromoveerd op een fiscaal onderwerp komen in aanmerking voor een vrijstelling. Het volledige vrijstellingenbeleid is opgenomen in paragraaf 3 van het ‘Toelatings- en vrijstellingenbeleid‘. Bij toekenning van een vrijstelling op basis van werkervaring houdt het bestuur slechts rekening met werkervaring als belastingadviseur, opgedaan in een periode waarin de kandidaat zich niet kon aanmelden voor het lidmaatschap van de NOB. Hierbij moet gedacht worden aan het hebben van een werkkring, waarbij het NOB-lidmaatschap niet mogelijk is, bijvoorbeeld werkzaam zijn bij een belastingadviespraktijk die niet in aanmerking komt voor erkenning door de NOB. De situatie, waarbij een kandidaat werkzaam is bij een NOB-erkende belastingadviespraktijk, maar aanmelding voor het NOB-lidmaatschap achterwege blijft, omdat de NOB-erkende belastingadviespraktijk de kandidaat niet op de mogelijkheid van een NOB-lidmaatschap wijst of niet genegen is de contributie voor het lidmaatschap te betalen, valt hier uitdrukkelijk niet onder.

Een aspirant-lid dient er voor zorg te dragen dat hij de Beroepsopleiding Belastingadviseurs in voldoende mate kan volgen en een voldoende vakinhoudelijke begeleiding krijgt tijdens zijn aspirant-lidmaatschap. Aspirant-leden die werkzaam zijn in een NOB-omgeving zullen in het algemeen voldoende begeleid en opgeleid worden. Voor zelfstandig gevestigde aspirant-leden en voor aspirant-leden in dienstbetrekking bij een onderneming waar zij niet werkzaam zijn onder de verantwoordelijkheid van een NOB-lid, geldt dat echter niet. Van geval tot geval zal het bestuur bezien of begeleiding en opleiding op voldoende niveau verzekerd is. Het bestuur heeft de bevoegdheid een gewoon lid of buitengewoon lid als buitenpatroon te benoemen. De taak van de buitenpatroon is het aspirant-lid met raad en daad terzijde te staan en het uitoefenen van toezicht op de kwaliteit van de uitoefening van het beroep en op het verder verkrijgen en bijhouden van de benodigde vaktechnische kennis.

U hoeft zich niet aan te melden voor de JOB. NOB-leden die niet langer dan vijf jaar lid zijn van de NOB en jonger zijn dan 35 jaar zijn automatisch aangesloten bij de JOB.

In beginsel wordt u bij toelating tot het lidmaatschap eerst aspirant-lid. Alle aspirant-leden volgen verplicht de Beroepsopleiding Belastingadviseurs. Aspirant-leden worden toegelaten tot het gewoon lidmaatschap indien zij het Algemene Introductieprogramma en de Beroepsopleiding Beastingadviseurs met succes hebben voltooid en na afstuderen ten minste drie jaar werkzaam zijn geweest als belastingadviseur of bedrijfsfiscalist. Indien het bestuur op basis van werkervaring een volledige vrijstelling toekent is directe toelating tot het gewoon lidmaatschap mogelijk. Het vrijstellingenbeleid is opgenomen in het Toelatings- en vrijstellingenbeleid.

Beroepszaken

Ja, de NOB heeft een “Code of Conduct”, het Reglement Beroepsuitoefening – Code of Conduct bevat regels waaraan een lid van de NOB is gebonden bij de uitoefening van het beroep.

Een NOB-lid stelt zijn honorarium vast met inachtneming van de aard, de omvang en het belang van zijn werkzaamheden en de kosten van het raadplegen van externe deskundigen. Op zich is het toegestaan met de cliënt af te spreken om niet of tegen een laag tarief te factureren indien het beoogde resultaat niet bereikt wordt, en om bij succes een hoger tarief dan gebruikelijk in rekening te brengen dan wel een percentage van de bereikte belastingbesparing te bedingen als honorarium, zolang er maar een redelijk verband blijft bestaan tussen enerzijds de bestede uren en anderzijds de aard en het belang van de zaak. Zonodig moet een plafond in het te factureren bedrag worden afgesproken. Het is bij dit soort resultaatafhankelijke honoraria van belang dat vóóraf expliciete afspraken met de cliënt worden gemaakt en dat die schriftelijk worden vastgelegd.

Het is een NOB-lid niet toegestaan zijn medewerking aan een behoorlijke overdracht van werkzaamheden afhankelijk te stellen van de betaling van nog openstaande rekeningen. De omstandigheid dat een lid in verband met de door hem ten behoeve van een ex-cliënt verrichte werkzaamheden meent nog vorderingen te hebben op deze ex-cliënt, kan geen reden zijn om geen inlichtingen of afschriften van stukken te verschaffen. Nakoming van die vorderingen dient via andere wegen (bijvoorbeeld door middel van een civiele procedure) te worden afgedwongen.

Op verzoek van de cliënt moet een NOB-lid een specificatie van de declaratie verstrekken. Uit de specificatie moet opgemaakt kunnen worden hoeveel uren voor welke werkzaamheid in rekening zijn gebracht. Desgevraagd dient ook aangegeven te worden door wie de werkzaamheden zijn verricht en tegen welk tarief. Een NOB-lid dient zijn administratie zodanig in te richten dat het verstrekken van een dergelijke specificatie mogelijk is.

Zonder toestemming van de cliënt mag u de vorige adviseur niet zelf informeren, ook niet indien dit een NOB-lid zou zijn. U kunt het beëindigen van de relatie met de vorige belastingadviseur aan de cliënt overlaten, maar u moet dit wel met de cliënt bespreken en u ervan overtuigen dat de cliënt de vorige adviseur naar behoren heeft geïnformeerd over de beëindiging van de opdracht. U heeft voorts toestemming nodig van de cliënt om rechtstreeks collegiaal overleg te hebben met de vorige adviseur.

Een second opinion is een fiscaaltechnische duiding van de feiten en bevat geen waardeoordelen. Uw geheimhoudingsplicht brengt mee dat u niet zonder toestemming van de cliënt contact kunt opnemen met de eerste adviseur. Indien het u wenselijk voorkomt de eerste adviseur te bevragen dient u dit eerst met de cliënt te bespreken.

Nee, de NOB heeft geen collectieve beroepsaansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Ieder lid dient er zelf voor te zorgen dat het risico van zijn beroepsaansprakelijkheid door een adequate verzekering is gedekt. Meestal gebeurt dit op kantoorniveau. Wat onder een ‘adequate’ verzekering verstaan moet worden is afhankelijk van het soort praktijk, de cliënten en de gemoeide belangen.

Beroepsopleiding

Belastingadviseurs die zich hebben aangemeld voor het aspirant-lidmaatschap van de NOB ontvangen na toelating een bevestigingsbrief. In deze brief staat een persoonlijke inlogcode voor het besloten gedeelte van de website van de NOB. Elk aspirant-lid beschikt over een persoonlijke pagina. Deze pagina is alleen toegankelijk als u bent ingelogd. Via deze pagina kunnen cursisten zich inschrijven voor de cursussen van de Beroepsopleiding Belastingadviseurs. Direct na toelating worden aspirant-leden per mail uitgenodigd om zich via de Persoonlijke Pagina in te schrijven voor de Algemene Introductie. Deze bijeenkomst is het eerste onderdeel van de Beroepsopleiding Belastingadviseurs.

Via de Persoonlijke Pagina kunt u zich ook inschrijven voor de overige cursussen uit de Beroepsopleiding. Dit kan pas als u uw trajectkeuze kenbaar heeft gemaakt. Als u nog geen traject heeft gekozen, blijft uw Persoonlijke Pagina, op de Algemene Introductie na, leeg. Het is dus van belang dat u de SOB zo spoedig mogelijk per e-mail (sob.traject@nob.net) over uw trajectkeuze informeert. Indien u kiest voor een specialistentraject ontvangen we bij uw keuze graag een Specialistenverklaring ondertekend door uw leidinggevende partner, waarin de hij/zij verklaart dat u zich hoofdzakelijk in deze praktijk werkzaam bent. Het duurt 2 werkdagen voordat uw traject op uw persoonlijke pagina zichtbaar is.

Lees hier meer over inschrijving en over de trajecten.

Klik rechts bovenin op onze homepage op ‘mijnnob’. Vervolgens kom je op de ledenomgeving. Kies voor ‘Mijn account’. Kies vervolgens voor het menu ‘beroepsopleiding’. U kunt uw persoonlijke pagina alleen raadplegen als u ingelogd bent.

De cursussen die onderdeel uitmaken van het traject dat u volgt, staan op het (meest rechtse) tabblad ‘traject’ op uw Persoonlijke Pagina. U kunt uw persoonlijke pagina alleen raadplegen als  u ingelogd bent.

De Beroepsopleiding Belastingadviseurs is gekoppeld aan het aspirant-lidmaatschap dat ten minste driejaar duurt. De beschikbare cursusplaatsen worden gelijkmatig onder de cursisten verdeeld. Cursisten die interne dagdelen inbrengen, worden over het algemeen per seizoen voor minder cursussen geplaatst dan cursisten die geen interne dagdelen in kunnen brengen. Gemiddeld volgt een cursist 7 dagdelen per seizoen.

De SOB hanteert bij de indeling van de cursisten niet het criterium ‘volgorde van binnenkomst’. Wél wordt gekeken naar de actuele situatie van de cursist: in welke fase van de beroepsopleiding bevindt hij/zij zich, hoeveel cursussen zijn al gevolgd en voor hoeveel cursussen is hij/zij al ingedeeld? Algemeen uitgangspunt bij de indeling is dat de cursussen gelijkmatig over de drie jaar van de beroepsopleiding worden gespreid, ook in het geval dat een aantal dagdelen binnen het eigen kantoor gevolgd wordt. Op aspirant-leden met een kleine of grote vrijstelling verleend op basis van werkervaring is deze regel niet van toepassing. Ook wordt bij de indeling zoveel mogelijk rekening gehouden met de man/vrouw verhouding en wordt een gelijkmatige spreiding van cursisten over verschillende kantoren nagestreefd.
Als vuistregel kan gehanteerd worden dat een cursist zich voor niet meer dan zeven dagdelen per seizoen (voor- en najaar) kan inschrijven. Doet hij/zij dat wel, dan volgt een mededeling van de SOB waarin uitgelegd wordt waarom dit niet verstandig is. De kans dat de cursist voor alle aangevraagde cursussen wordt ingedeeld is zeer klein. Bezwaar maken tegen de indeling is niet mogelijk.

Een cursus kunt u alleen per e-mail (sob@nob.net) annuleren. Een annulering is kosteloos als deze 8 weken voor aanvang van de (eerste) cursusdag door het Bureau SOB is ontvangen. Bij annulering tussen 8 en 4 weken voor aanvang van de (eerste) cursusdag wordt 50% van het cursusgeld in rekening gebracht. Bij annulering minder dan 4 weken voor de (eerste) cursusdag bent u het volledige cursusgeld verschuldigd.
Annuleringskosten worden niet in rekening gebracht indien de plaats kan worden opgevuld door het bureau SOB. In dat geval wordt € 50,– (administratiekosten) in rekening gebracht.

Als de inleverdatum van de voorbereidingsopdracht is verstreken en u heeft deze nog niet ingeleverd, dient u de cursus te annuleren. Te laat ingeleverde voorbereidingsopdrachten worden niet geaccepteerd. Als het bureau SOB geen annulering ontvangt, wordt u voor de cursus afgewezen.

Nee, het is niet mogelijk uw cursus(datum) met een andere cursist te ruilen. Als u verhinderd bent voor (één van de dagen van) een cursus, dient u de cursus te annuleren. In de  e-mail waarmee u uw annulering bevestigt kunt u de namen van een (of meer) mogelijke vervanger(s) vermelden. De SOB kan niet garanderen dat één van de personen voor de cursus wordt ingedeeld. Er staan wellicht cursisten op de reservelijst met een hogere prioriteit. De SOB bepaalt uiteindelijk of uw plaats ingenomen kan worden door iemand anders en door wie.

De meerdaagse cursussen vormen in de regel een geheel. Indien u op één van de dagen verhinderd bent, dient u de gehele cursus te annuleren.
Neem bij twijfel contact op met het bureau SOB.

Als u wegens ziekte een (deel* van een meerdaagse) cursus heeft gemist, bent u het gehele cursusbedrag verschuldigd. Het SOB-bestuur vindt het onjuist die kosten op het collectief af te wenden. Indien de cursus die u gemist heeft in datzelfde seizoen nogmaals plaatsvindt, kunt u zich per mail (sob@nob.net)  op een reservelijst laten plaatsen. Vermeld bij de opmerkingen dan dat u de cursus eerder gemist heeft wegens ziekte.


* Indien u dag 2 van een meerdaagse cursus heeft gemist, bent u eveneens het gehele cursusbedrag verschuldigd. U hoeft in dit geval echter  dag 1 niet nogmaals te volgen. U kunt een mail sturen aan het bureau SOB (sob@nob.net) met daarbij de vermelding dat u zich alleen voor dag 2 van een cursus wilt inschrijven. Voor het inhalen van dag 2  wordt de helft van het cursusgeld + administratiekosten in rekening gebracht. Meer informatie over annuleringen vindt u hier.

De meerdaagse cursussen vormen in de regel een geheel. Dag 2 is een vervolg op dag 1. Indien u dag 1 gemist heeft kunt u daarom dag 2 niet volgen. U dient dan de gehele cursus te annuleren.

U hoeft de voorbereidingsopdracht (mits deze als voldoende is beoordeeld) niet opnieuw te maken.

Door kantoren en/of maatschappen intern gegeven cursussen kunnen na goedkeuring van het bestuur van de Stichting Opleiding Belastingadviseurs (SOB) als onderdeel van de Beroepsopleiding Belastingadviseurs worden aangemerkt tot een maximum van 12 dagdelen. Verzoeken of een intern gegeven opleiding kwalificeert, kunnen ingediend worden door de maatschappen. Dergelijke verzoeken kunnen niet door individuele cursisten worden ingediend. Cursussen kwalificeren indien deze:

  • het aantal aanwezigen in meerderheid aspirant-leden van de NOB zijn;
  • dezelfde zwaarte/kwaliteit hebben als de SOB cursussen;
  • niet door een aspirant-lid van de NOB worden verzorgd;
  • een voorbereiding bevatten die op enige manier wordt gecontroleerd.

Het bestuur SOB beoordeelt of de cursussen kwalificeren.
 
Indien een maatschap interne dagdelen wil aanmelden voor de Beroepsopleiding Belastingadviseurs ontvangt het bureau SOB graag een brief met een omschrijving van:

  • de inhoud van de cursus;
  • de doelgroep;
  • het tijdsbeslag;
  • de toetsing van de voorbereidingen.

Aan de hand van deze informatie wordt de cursus ter goedkeuring voorgelegd aan het bestuur van de SOB. Cursussen dienen jaarlijks (opnieuw) aangemeld te worden. Het kantoor is vrij in het aanmelden van het aantal cursussen. De SOB neemt per cursist maximaal 12  dagdelen intern gegeven cursussen in aanmerking.  Als de cursus kwalificeert, ontvangt het bureau graag per cursist een verklaring van deelname per gevolgde cursus. 

NOB-leden die vanaf 1 januari 2006 zijn toegelaten tot het aspirant-lidmaatschap nemen tijdens het aspirant-lidmaatschap deel aan een Algemeen Introductieprogramma. Dit programma bestaat uit het volgen van de Algemene Introductie en uit het bijwonen van een jaarcongres. Het bijwonen van een jaarcongres dient te gebeuren voordat het aspirant-lidmaatschap ten einde loopt. Het bijwonen van de Algemene Ledenvergadering voorafgaand aan het Jaarcongres is geen verplichting.

Vrijstellingsverzoeken kunnen tegelijk met de aanmelding tot het (aspirant-)lidmaatschap worden opgestuurd naar de NOB. Leden die zich reeds hebben aangemeld en alsnog een vrijstellingsverzoek willen indienen, kunnen dit verzoek richten aan het bestuur.
Kijk hier voor meer informatie over vrijstellingen.

Het cursistnummer is geen vast nummer en verschilt per cursus. U vindt dit nummer voor uw naam op de deelnemerslijst van de betreffende cursus.

Cursisten die op het moment van de beëindiging van het lidmaatschap tenminste 24 dagdelen aan cursussen hebben gevolgd kunnen de opleiding, indien gewenst, afmaken. Hierbij worden de volgende voorwaarden gesteld:

  • betaling van het voor ieder aspirant-lid geldende college- en cursusgeld;
  • de opleiding dient binnen één jaar na opzegging van het lidmaatschap te worden voltooid.


In de brief of e-mail die u van de SOB ontvangt ter bevestiging van de beëindiging van uw lidmaatschap staat eveneens vermeld of u in aanmerking komt voor deze regeling. Cursisten die van dit aanbod gebruik willen maken wordt gevraagd vóór een in de brief vermelde datum schriftelijk op dit aanbod te reageren.

U hoeft zelf geen actie te ondernemen. Na afronding en verwerking van uw laatste cursus wordt u automatisch voorgedragen voor het gewoon lidmaatschap van de NOB. Gemiddeld ontvangt u binnen zes weken nadat u uw laatste cursus heeft gevolgd bericht van de NOB over uw toelating tot het gewoon lidmaatschap.

Vóór corona organiseerden we alleen cursussen en bijeenkomsten op locatie. Inmiddels hebben we ruime ervaring opgedaan met het organiseren van online cursussen en bijeenkomsten. Technisch gezien is het dus zeker mogelijk deze online te blijven aanbieden. Maar het overgrote deel van onze cursisten en onze docenten geeft in de evaluaties aan dat zij de voorkeur geven aan fysieke cursussen. Het leereffect is aanzienlijk groter en daarmee ook de kwaliteit. Ook bieden cursussen en bijeenkomsten op locatie veel meer mogelijkheden om te netwerken. Dit is, naast het inhoudelijke aspect, ook belangrijke reden waarom onze leden zich hiervoor inschrijven. Daarom kiezen wij er nu weer voor om alle cursussen en bijeenkomsten, uitgezonderd korte webinars, op locatie aan te bieden. 

Ook bieden we geen hybride cursussen meer aan. Uit de evaluaties van deze cursussen blijkt dat het voor de docent heel lastig is zowel de deelnemers in de zaal als thuis bij de cursus te betrekken. Zowel de deelnemers op locatie en de online deelnemers geven aan dat een hybride cursus de betrokkenheid en interactie niet ten goede komt. 

Permanente Educatie

Per jaar moet u ten minste twintig uur besteden aan permanente educatie. Daarvan moet u ten minste zestien uur besteden aan vaktechnische onderwerpen. U kunt er voor kiezen om maximaal vier uur per jaar in te vullen met andere niet-vaktechnische PE-activiteiten. Daarnaast volgt u elk jaar een verplichte e-learning over de beroeps- en gedragsregels. 

Per jaar moet u ten minste twintig uur besteden aan permanente educatie. Daarnaast volgt u elk jaar een verplichte e-learning over de beroeps- en gedragsregels. Voor de aspirant-leden die de verplichte Beroepsopleiding Belastingadviseur volgen, geldt het minimumvereiste van zestien uur vaktechnische PE-activiteiten niet. In het kader van de beroepsopleiding kunnen aspirant-leden kiezen voor het vaardighedentraject waardoor jaarlijks meer tijd zal worden besteed aan niet-vaktechnische onderwerpen. De PE-verplichting kan worden ingevuld met de cursussen uit de beroepsopleiding. Volgt u in enig jaar van uw aspirant-lidmaatschap geen of minder cursussen uit de beroepsopleiding dan moet wel aan de PE-verplichting worden voldaan.

Ja, net als andere NOB-leden jaar moet u per jaar ten minste twintig uur besteden aan permanente educatie. Daarvan moet u ten minste zestien uur besteden aan vaktechnische onderwerpen. U kunt er voor kiezen om maximaal vier uur per jaar in te vullen met andere niet-vaktechnische PE-activiteiten. Daarnaast volgt u elk jaar een verplichte e-learning over de beroeps- en gedragsregels. 

Nee, als buitengewoon lid oefent u het vak van belastingadviseur niet langer als hoofdberoep uit. U hoeft dan ook niet meer te voldoen aan de PE-verplichting.

Ja, het aantal uren dat u aan permanente educatie moet besteden neemt echter naar evenredigheid af.

Voor leden die parttime werkzaam zijn geldt geen pro-rata-regeling; zij moeten jaarlijks eveneens ten minste twintig uur  besteden aan permanente educatie.

Nee, voor gewone leden geldt dezelfde PE-verplichting van twintig uur als voor aspirant-leden. Het enige dat wijzigt is dat u als gewoon lid ten minste zestien uur moet besteden aan vaktechnische PE-activiteiten. Bij overgang naar het gewoon lidmaatschap gedurende het kalenderjaar mogen alle niet-vaktechnische PE-activiteiten van de beroepsopleiding echter gewoon worden ingebracht om aan de PE-verplichting te voldoen.

Indien het aantal uren dat u aan cursussen uit de beroepsopleiding volgt onvoldoende is om aan de verplichting van twintig uur te voldoen, moet u nog aanvullende PE-activiteiten verrichten.

Ja, voor regulier zwangerschaps- en bevallingsverlof wordt een vrijstelling verleend van 8 uur in het jaar waarin u bent bevallen. Indien het verlof doorloopt in een volgend kalenderjaar, kan de vrijstelling naar keuze worden verdeeld over twee jaren. U kunt een vrijstellingsverzoek via e-mail richten aan het bestuur van de NOB.

In geval van langdurige ziekte wordt een (gedeeltelijke) vrijstelling verleend indien sprake is van arbeidsongeschiktheid. Voor kortdurende ziekte wordt in beginsel geen vrijstelling verleend omdat bij een korte tijdelijke afwezigheid in verband met ziekte nog voldoende gelegenheid zou moeten bestaan om aan de PE-verplichting te voldoen in het resterende deel van het jaar. Bovendien kan gebruik worden gemaakt van de doorschuifregeling. Dat geldt ook indien een korte periode van ziekte valt aan het eind van het jaar en het lid niet eerder in het jaar PE-activiteiten heeft verricht.

Om een vrijstelling te verkrijgen in geval van arbeidsongeschiktheid, dient de arbeidsongeschiktheid te worden aangetoond. In de eerste plaats kan dat door middel van een verklaring van een arts (bijvoorbeeld de bedrijfs- of verzekeringsarts) of de verzekeraar. Het is daarbij vanzelfsprekend niet nodig dat deze verklaring details met betrekking tot de aard van de arbeidsongeschiktheid bevat. Het is voldoende dat de arbeidsongeschiktheid en de duur daarvan worden bevestigd. In geval een lid werkzaam is in loondienst kan worden volstaan met een verklaring van de werkgever met betrekking tot diens arbeidsongeschiktheid en de duur daarvan.

Nee, ook NOB-leden die (tijdelijk) werkzaam zijn in het buitenland moeten aan de PE-verplichting voldoen. Omdat het ook mogelijk is buitenlandse cursussen, webinars, e-learning, het geven van onderwijs en het schrijven van artikelen in te brengen, moet het naar het oordeel van het bestuur ook voor leden werkzaam in het buitenland mogelijk zijn het vak bij te houden en te voldoen aan de PE-verplichting.

Nee, zolang u nog geen buitengewoon lid bent en kwalificeert voor het lidmaatschap omdat u het vak van belastingadviseur/bedrijfsfiscalist als hoofdberoep uitoefent, moet u voldoen aan de PE-verplichting.

In geval van bijzondere omstandigheden die ertoe leiden dat een lid niet aan de PE-verplichting kan voldoen, is het mogelijk een schriftelijk gemotiveerd verzoek om een (gedeeltelijke) vrijstelling in te dienen. Het bestuur van de NOB zal de feiten en omstandigheden afwegen en beoordelen of deze afwijking van het reglement rechtvaardigen en ruimte bieden om een vrijstelling te verlenen.

In beginsel rechtvaardigen drukke werkzaamheden, verblijf in het buitenland en zakelijke perikelen die samenhangen met het voeren van een belastingadviespraktijk of bestuurlijke werkzaamheden naar het oordeel van het bestuur geen afwijking van het beleid. De vrijstelling is met name bedoeld voor gevallen van langdurige ziekte en persoonlijke omstandigheden waarin van leden niet kan worden verwacht dat zij aan de PE-verplichting voldoen.

Het is altijd mogelijk een schriftelijk gemotiveerd verzoek om een (gedeeltelijke) vrijstelling in te dienen. Het bestuur van de NOB zal de feiten en omstandigheden afwegen en beoordelen of deze afwijking van het Reglement Permanente Educatie rechtvaardigen en ruimte bieden om een vrijstelling te verlenen. In beginsel rechtvaardigen drukke werkzaamheden, verblijf in het buitenland en zakelijke perikelen die samenhangen met het voeren van een belastingadviespraktijk of bestuurlijke werkzaamheden naar het oordeel van het bestuur geen afwijking van het beleid. De vrijstelling is met name bedoeld voor gevallen van langdurige ziekte en persoonlijke omstandigheden waarin van leden niet kan worden verwacht dat zij aan de PE-verplichting voldoen.

Aan een vrijstelling kunnen voorwaarden worden verbonden.

Nee, NOB-leden die een PE-verplichting hebben bij een andere (beroeps)organisatie zijn niet vrijgesteld van de PE-verplichting. Uiteraard is het wel mogelijk de voor deze andere beroepsorganisatie verrichte PE-activiteiten in te brengen voor de PE-verplichting van de NOB indien deze activiteiten voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld in het PE-reglement.

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen vaktechnische en niet-vaktechnische PE-activiteiten. Van de 20 verplichte PE-uren moet u ten minste zestien uur besteden aan vaktechnische onderwerpen. U kunt er voor kiezen om maximaal vier uur per jaar in te vullen met andere niet-vaktechnische PE-activiteiten.

Vaktechnische PE-activiteiten zijn:

a. het volgen of geven van onderwijs zoals cursussen, congressen, seminars of andere educatieve bijeenkomsten van ten minste een half uur op academisch niveau; en

b. overige gestructureerde activiteiten die bijdragen aan het ontwikkelen en/of verdiepen van vakkennis en vaardigheden die vereist zijn voor de uitoefening van het beroep.

Niet-vaktechnisch zijn andere PE-activiteiten die er aan bijdragen dat de uitoefening van het beroep actueel en op academisch niveau blijft. Hierbij kan worden gedacht aan vaardigheidstrainingen als gespreksvaardigheden, adviesvaardigheden, cliëntgericht werken, onderhandelen, presentatietechnieken, managementtrainingen, relevante taalcursussen en een cursus snellezen.

Nee, u heeft de keuze om per jaar maximaal vier uur niet-vaktechnische PE-activiteiten zoals vaardigheidstrainingen in te brengen.

U moet de door u verrichte PE-activiteiten registreren op uw Persoonlijke Pagina.

In het reglement wordt een aantal vereisten geformuleerd waaraan de permanente educatie ten minste moet voldoen. Het is een weloverwogen keuze niet te werken met een puntensysteem; de verantwoordelijkheid voor het voldoen aan de PE-verplichting ligt in eerste instantie bij het lid zelf. Na afloop van het jaar wordt steekproefsgewijs gecontroleerd of de ingebrachte PE-activiteiten voldoen aan de in het reglement gestelde voorwaarden.

De deelname aan PE-activiteiten wordt gewaardeerd in daadwerkelijke tijdsbesteding waarbij pauzes niet worden meegerekend. Bent u van mening dat een activiteit uw vakkennis en vaardigheden ten goede komt, dan kunt u met inachtneming van het in het PE-reglement bepaalde, zelf de aan de activiteit bestede tijd vaststellen.

Daarbij moet in aanmerking worden genomen dat voorbereiding op het volgen van onderwijs niet als permanente educatie wordt beschouwd en dat de in te brengen voorbereidingstijd voor het geven van onderwijs nimmer meer kan bedragen dan de aan het geven van het onderwijs bestede tijd. Inbreng van de overige vaktechnische PE-activiteiten is gemaximeerd tot vier uur per categorie per kalenderjaar.

Nee, de NOB accrediteert geen cursussen en/of onderwijsinstellingen. Het wordt uitdrukkelijk aan de professionaliteit van het NOB-lid zelf overgelaten in eerste instantie te beoordelen of PE-activiteiten kunnen worden beschouwd als PE-activiteiten in het kader van het reglement.

Het moet gaan om onderwijs op academisch niveau van ten minste een half uur ten behoeve van het onderhouden of ontwikkelen van de kennis en vaardigheden die vereist zijn voor de uitoefening van het beroep op een kwalitatief hoogwaardig niveau. Daarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • het onderwijs wordt gegeven door docenten, inleiders of specialisten van academisch niveau
  • het eventueel gebruikte studiemateriaal is van academisch niveau
  • het te volgen onderwijs dient gericht te zijn op universitair opgeleide belastingadviseurs of ander academisch geschoolden

De achterliggende gedachte bij dit laatste criterium betreffende de doelgroep van het onderwijs is dat de kwaliteit van de deelnemers bepalend is voor de kwaliteit van het onderwijs. Het onderwijs dat wordt aangeboden dient derhalve gericht te zijn op een doelgroep die voornamelijk bestaat uit academisch opgeleiden. Het zal bij cursussen geen probleem zijn als een minderheid niet academisch opgeleid zijn. In geval van intern verzorgd onderwijs wordt van kantoren en ondernemingen verwacht dat zij toezien op het voldoen aan genoemde voorwaarden. Met betrekking tot extern gevolgd onderwijs kan men er redelijkerwijs van uitgaan dat indien is voldaan aan de voorwaarden genoemd onder a. en b., ook wordt voldaan aan het onder c. bedoelde doelgroepcriteriem tenzij op voorhand evident is dat geen sprake is van een hoofdzakelijk academisch opgeleide doelgroep.

Vaktechnisch overleg zoals dat op veel kantoren wordt gehouden en waarbij vakliteratuur, jurisprudentie en/of praktijkgevallen worden besproken, wordt door het bestuur van de NOB als zo vanzelfsprekend beschouwd bij de uitoefening van de belastingadviespraktijk dat dit in beginsel niet kwalificeert om te worden ingebracht als PE-activiteit. Om vaktechnisch overleg, bespreking van literatuur en jurisprudentie toch in te kunnen brengen moet het te kwalificeren zijn als onderwijs op academisch niveau als bedoeld in artikel 2 lid 1 onder a van het PE-reglement. Daarvoor moet er sprake zijn van een bijeenkomst van ten minste een half uur die voldoet aan de volgende voorwaarden:

  • het onderwijs wordt gegeven door docenten, inleiders of specialisten van academisch niveau
  • het eventueel gebruikte studiemateriaal is van academisch niveau
  • het te volgen onderwijs dient gericht te zijn op universitair opgeleide belastingadviseurs of ander academisch geschoolden

Het moet gaan om onderwijs gegeven door een specialist die zich van de deelnemers onderscheidt door zijn kennis op het vakgebied van het te behandelen onderwerp. Uitdrukkelijk is hier niet bedoeld een overleg waarbij de deelnemers afwisselend een onderwerp voorbereiden en inleiden, praktijkgevallen worden besproken of verslag doen aan collega’s van een gevolgde cursus. Het overleg moet (overwegend) bedoeld zijn voor NOB-leden of ander academisch geschoolden. Daarnaast dient het te behandelen onderwerp ruim voor de bijeenkomst bij de deelnemers bekend te zijn en door de deelnemers te worden voorbereid (een voorbereidingsopdracht is niet noodzakelijk). Van de bijeenkomst dienen slides en andere vooraf of tijdens de bijeenkomst ter beschikking gestelde informatie te worden bewaard, evenals een lijst met handtekeningen van de deelnemers. Mochten er geen slides van de bijeenkomst zijn, dan dient op andere wijze, bijvoorbeeld door een verslag te kunnen worden onderbouwd wat er tijdens de bijeenkomst is behandeld.

Nee.

Nee, pas als een proefschrift is gepubliceerd, kan hiervoor maximaal vier uur worden ingebracht.

E-learning-activiteiten, webinars of schriftelijke cursussen kunnen worden ingebracht als PE-activiteit indien wordt voldaan aan de voorwaarden die gelden voor onderwijs. Extra voorwaarde daarbij is dat is gewaarborgd dat de aangeboden leerstof integraal is doorgenomen. Een door de onderwijsinstelling afgegeven bewijs van deelname of verklaring dat is deelgenomen aan de volledige cursus moet als bewijs worden aangeleverd.

Ja, ook de deelname aan een webinar moet kunnen worden aangetoond door een bewijs van deelname.

E-learning en schriftelijke cursussen kunnen alleen worden ingebracht indien is gewaarborgd dat de aangeboden leerstof integraal is doorgenomen (bijvoorbeeld door middel van een bewijs van deelname of een test). Dit geldt ook voor via het web aangeboden onderwijs. Een door de onderwijsinstelling afgegeven bewijs van deelname of verklaring dat is deelgenomen aan de volledige cursus moet als bewijs worden aangeleverd.

Ja, indien deze cursussen bijdragen aan de kennis en vaardigheden die vereist zijn voor de uitoefening van het beroep en voldoen aan de voorwaarden die gelden voor onderwijs, is het mogelijk onderwijs uit niet fiscale, aanpalende vakgebieden in te brengen.

Ja, deze werkzaamheden kunnen worden ingebracht als overige gestructureerde activiteiten die bijdragen aan het ontwikkelen en/of verdiepen van vakkennis en vaardigheden die vereist zijn voor de uitoefening van het beroep. Inbreng is echter beperkt tot maximaal vier uur per jaar.

Ja, deze werkzaamheden kunnen worden ingebracht als overige gestructureerde activiteiten indien zij bijdragen aan het ontwikkelen en/of verdiepen van vakkennis en vaardigheden die vereist zijn voor de uitoefening van het beroep. Inbreng van deze werkzaamheden is beperkt tot maximaal vier uur per jaar.

Ja, voor het publiceren van artikelen in voor de belastingpraktijk relevante boeken of tijdschriften kan maximaal vier uur per jaar worden ingebracht. Bij de beoordeling of sprake is van voor de belastingadviespraktijk relevante boeken of tijdschriften wordt, net als bij onderwijs, gekeken naar het academisch niveau van de doelgroep van het boek of tijdschrift waarin is gepubliceerd. Het moet gaan om artikelen in voor de belastingpraktijk relevante literatuur. Daarbij moet worden gedacht aan tijdschriften die gericht zijn op universitair opgeleide belastingadviseurs of ander academisch geschoolden zoals het Weekblad Fiscaal Recht en het Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht. Hieronder vallen in beginsel niet tijdschriften die gericht zijn op cliënten van belastingadviseurs zoals DGA Fiscaal en het praktijkblad Salarisadministratie.

Het moet gaan om artikelen in voor de belastingpraktijk relevante tijdschriften. Bij de beoordeling of sprake is van voor de belastingadviespraktijk relevante boeken of tijdschriften wordt, net als bij onderwijs, gekeken naar het academisch niveau van de doelgroep van het boek of tijdschrift waarin is gepubliceerd. Het moet gaan om artikelen in voor de belastingpraktijk relevante literatuur. Daarbij moet worden gedacht aan tijdschriften die gericht zijn op universitair opgeleide belastingadviseurs of ander academisch geschoolden zoals het Weekblad Fiscaal Recht en het Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht. Hieronder vallen in beginsel niet tijdschriften die gericht zijn op cliënten van belastingadviseurs zoals DGA Fiscaal en het praktijkblad Salarisadministratie.

Nee, uitsluitend het publiceren van artikelen in voor de belastingpraktijk relevante boeken of tijdschriften kan worden ingebracht als permanente educatie. Lidmaatschappen van redacties van tijdschriften en het beantwoorden van vragenrubrieken in tijdschriften worden niet als permanente educatie in het kader van het PE-reglement beschouwd.

Het PE-reglement bevat een aantal voorbeelden van overige gestructureerde vaktechnische activiteiten die kunnen worden ingebracht als PE-activiteiten:

  • het publiceren van artikelen in voor de belastingpraktijk relevante boeken of tijdschriften;
  • het publiceren van een proefschrift over een  fiscaal onderwerp;
  • het verrichten van werkzaamheden voor de rechterlijke macht, de Raad van Tucht, de Raad van Beroep, vaktechnische commissies en werkgroepen, specialistensecties, de Commissie Wetsvoorstellen, de Commissie Beroepszaken, de Commissie Internationale Fiscale Zaken en als arbiter.

Naast genoemde voorbeelden kunnen leden ook andere activiteiten inbrengen waarvan zij menen dat die bijdragen aan het ontwikkelen en/of verdiepen van vakkennis en vaardigheden die vereist zijn voor de uitoefening van het beroep.

Niet vaktechnisch zijn andere PE-activiteiten die er aan bijdragen dat de kennis en vaardigheden die vereist zijn voor de uitoefening van zijn beroep actueel en op academisch niveau blijven. Hierbij kan worden gedacht aan vaardigheidstrainingen als gespreksvaardigheden, adviesvaardigheden, cliëntgericht werken, onderhandelen, presentatietechnieken, managementtrainingen, relevante taalcursussen en een cursus snellezen.

Voor meer informatie hierover verwijzen wij u graag naar de Brochure PE-licentie .

Nee, u hoeft niet persoonlijk zorg te dragen voor registratie van de door u verrichte PE-activiteiten op uw Persoonlijke Pagina.

U bent nu zelf verantwoordelijk geworden voor de registratie van de door u verrichte PE-activiteiten voor het lopende jaar op uw Persoonlijke Pagina. Bij het licentiehoudende kantoor kunt u een overzicht aanvragen van de door u tot uw uitdiensttreding verrichte PE-activiteiten. Dit overzicht kunt u gebruiken voor de registratie op uw Persoonlijke Pagina.

Een overschot van maximaal tien uur permanente educatie kan worden doorgeschoven naar het volgende jaar.

Het PE-reglement kent een doorschuifregeling van tien PE-uren. Jaarlijks mag een overschot of tekort van maximaal tien PE-uren worden doorgeschoven naar het volgende kalenderjaar.

Bij het niet voldoen aan de PE-verplichting kan het bestuur de volgende maatregelen opleggen: een waarschuwing, een berisping, een schorsing of beëindiging van het lidmaatschap. Het bestuur zal leden die voor de eerste keer niet voldoen aan de PE-verplichting de maatregel van een waarschuwing of de zwaardere maatregel berisping opleggen (afhankelijk van het aantal geregistreerde uren). Bij een tweede keer niet voldoen aan de PE-verplichting, zal het lid worden gewaarschuwd of berispt. Indien voor een derde keer niet wordt voldaan aan de PE-verplichting, zal het lid voor een korte periode worden geschorst. Naast de genoemde maatregelen zal het lid bovendien het tekort aan uren in het volgend kalenderjaar moeten inhalen (naast de voor dat jaar geldende PE-verplichting). Bij een vierde keer niet-naleving van de PE-verplichting vindt het bestuur een ontzetting uit het lidmaatschap gerechtvaardigd.

Een overzicht van de door de NOB georganiseerde PE-bijeenkomsten vindt u in de Agenda

U kunt zich inschrijven voor PE-bijeenkomsten via uw Persoonlijke Pagina. Hiervoor dient u ingelogd te zijn.

De aanwezigheid bij of deelname aan elke geregistreerde PE-activiteit moet door leden kunnen worden aangetoond. Indien door de onderwijsinstelling geen bewijs van deelname wordt verstrekt, kan gebruik worden gemaakt van het door de NOB beschikbaar gestelde Model bewijs van deelname Permanente Educatie dat door het NOB-lid kan worden ingevuld en ter ondertekening kan worden aangeboden aan de docent, inleider of organiserende onderwijsinstellin

De aanwezigheid bij of deelname aan elke geregistreerde PE-activiteit moet door leden kunnen worden aangetoond. Leden kunnen bij de registratie van PE-activiteiten op hun Persoonlijke Pagina een bewijs van deelname uploaden.

Met betrekking tot intern georganiseerde cursussen wordt van de NOB-erkende belastingadviespraktijken verwacht dat zij presentielijsten bewaren waaruit van de deelname door de NOB-leden blijkt. Leden kunnen de getekende presentielijsten als bewijs van deelname gebruiken. Ook kan door de kantoren een op deze presentielijsten gebaseerde verklaring van deelname worden afgegeven die door het lid kan worden gebruikt voor zijn PE-administratie. Ten behoeve van de steekproefsgewijze inhoudelijke controle dient van interne door de kantoren georganiseerde bijeenkomsten informatie beschikbaar te zijn over de inhoud van de ingebrachte PE-activiteiten (bijvoorbeeld een verslag, slides of andere informatie die vooraf of tijdens de bijeenkomst ter beschikking is gesteld).

De aanwezigheid bij of deelname aan extern gevolgde PE-activiteiten moet worden aangetoond door middel van een bewijs waaruit blijkt dat en hoe lang is deelgenomen aan de PE-activiteit.

Dit bewijs kan bestaan uit:

  • een bewijs van deelname; of
  • een verklaring van de onderwijsinstelling dat het NOB-lid heeft deelgenomen aan de PE-activiteit; of
  • een door de onderwijsinstelling afgegeven presentielijst met naam, handtekening van het NOB-lid en aanvangs- en eindtijd.

Uit deze bewijsmiddelen moet het programma met overzicht van tijden en pauzes, namen van docenten (academisch niveau), onderwerpen en doelgroep (academisch niveau) blijken. Indien deze informatie niet uit de aangeleverde bewijsmiddelen blijkt, zal deze afzonderlijk moeten worden aangeleverd.

Ook kan gebruik worden gemaakt van het door de NOB beschikbaar gestelde Model bewijs van deelname Permanente Educatie dat door het NOB-lid kan worden ingevuld en ter ondertekening kan worden aangeboden aan de docent, inleider of organiserende onderwijsinstelling.

De Persoonlijke Pagina kunt u vinden onder mijn account. Onder het kopje Permanente Educatie vindt u het overzicht door u gevolgde PE en kunt u een nieuwe PE-activiteit registreren.

Vóór corona organiseerden we alleen cursussen en bijeenkomsten op locatie. Inmiddels hebben we ruime ervaring opgedaan met het organiseren van online cursussen en bijeenkomsten. Technisch gezien is het dus zeker mogelijk deze online te blijven aanbieden. Maar het overgrote deel van onze cursisten en onze docenten geeft in de evaluaties aan dat zij de voorkeur geven aan fysieke cursussen. Het leereffect is aanzienlijk groter en daarmee ook de kwaliteit. Ook bieden cursussen en bijeenkomsten op locatie veel meer mogelijkheden om te netwerken. Dit is, naast het inhoudelijke aspect, ook belangrijke reden waarom onze leden zich hiervoor inschrijven. Daarom kiezen wij er nu weer voor om alle cursussen en bijeenkomsten, uitgezonderd korte webinars, op locatie aan te bieden.

Ook bieden we geen hybride cursussen meer aan. Uit de evaluaties van deze cursussen blijkt dat het voor de docent heel lastig is zowel de deelnemers in de zaal als thuis bij de cursus te betrekken. Zowel de deelnemers op locatie en de online deelnemers geven aan dat een hybride cursus de betrokkenheid en interactie niet ten goede komt.

Tuchtrechtspraak

NOB-leden zijn onderworpen aan een onafhankelijke tuchtrechtspraak. Die treedt in werking als cliënten (of anderen met een belang) ontevreden zijn over de dienstverlening door een van de NOB-leden en een klacht indienen bij de Raad van Tucht. De tuchtrechtspraak is geregeld in het Reglement Tuchtzaken en in de Statuten NOB.

Klachten over de beroepsuitoefening van NOB-leden worden in eerste instantie beoordeeld door de Raad van Tucht. Daarvan zijn de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter en ook de griffier en de plaatsvervangend griffier geen lid van de vereniging. De voorzitters en plaatsvervangend voorzitters hebben een functie in de Nederlandse rechterlijke macht – of hebben die gehad. Voor elke zaak wordt een kamer samengesteld, bestaande uit de voorzitter, één NOB-lid en één extern lid. Ze worden bijgestaan door de griffier.

Wie niet tevreden is over een uitspraak van de Raad van Tucht kan in beroep gaan bij de Raad van Beroep. Die bestaat uit NOB-leden en niet-leden. Ook hier geldt dat de voorzitter en plaatsvervangend voorzitter en de griffier en plaatsvervangend griffier geen lid van de NOB zijn. Ze oefenen een functie uit als rechter of griffier in de Nederlandse rechterlijke macht of hebben die uitgeoefend.

Tegen leden van de NOB kan een klacht worden ingediend als zij handelen in strijd met de eer en waardigheid van het beroep. Na afloop van hun lidmaatschap blijven NOB-leden gebonden aan het Reglement Tuchtzaken voor handelingen en gebeurtenissen die tijdens dat lidmaatschap hebben plaatsgevonden. Het is mogelijk een NOB-lid – bijvoorbeeld in zijn kwaliteit van vennoot – aansprakelijk te stellen voor de werkzaamheden van zijn medewerkers die geen lid van de NOB zijn. Tegen een kantoor als zodanig kan geen klacht worden ingediend.

Klachten kunnen worden ingediend door (oud-)cliënten van een NOB-lid, andere personen (mits het hun belang betreft), NOB-leden, het bestuur van de NOB en de Directeur-Generaal van de Belastingdienst. De klacht mag niet onredelijk lang na de gebeurtenis(sen) waarop hij betrekking heeft worden ingediend. De NOB brengt geen kosten in rekening aan klagers die geen lid van de NOB zijn.

Bij het indienen en de behandeling van een klacht kan men zich laten bijstaan door een raadsman (bijvoorbeeld een advocaat), maar het is ook toegestaan om de procedure zelf te voeren. De Raad van Tucht en de Raad van Beroep hebben de bevoegdheid iemand die geen advocaat is als raadsman te weigeren. De kosten van een raadsman zijn uiteraard voor eigen rekening.

Een klacht kan schriftelijk worden ingediend bij de Raad van Tucht van de NOB, Postbus 2977, 1000 CZ Amsterdam. Een klacht moet altijd de volgende onderdelen bevatten:

  • de naam van het NOB-lid tegen wie de klacht is gericht;
  • over welke handelingen wordt geklaagd;
  • op welke relevante feiten en omstandigheden de klacht berust
  • (eventueel) kopieën van relevante stukken (ook in zesvoud).

De Raad van Tucht stelt de aangeklaagde in de gelegenheid schriftelijk verweer te voeren. Vaak volgt nog een tweede schriftelijke ronde (conclusies van repliek en dupliek). Vervolgens stelt de voorzitter van de Raad van Tucht een kamer samen die de klacht zal behandelen. Doorgaans nodigt de kamer partijen uit voor een mondelinge zitting.

In de procedure moeten partijen zelf de feiten aandragen die voor hun standpunt pleiten. Wanneer partijen het over sommige feiten niet eens zijn zal de Raad in zijn uitspraak beslissen welk standpunt hij het meest aannemelijk acht. De Raad van Tucht vergaart zelf geen feitenmateriaal. Wel worden soms in het verloop van een procedure de beide standpunten duidelijker dan voorheen. Blijft (grote) twijfel over betwiste feitelijkheden, dan zal de klacht als regel niet gegrond worden verklaard.

De NOB hanteert duidelijke regels rond de beroepsuitoefening van haar leden. Deze staan beschreven in het Reglement Beroepsuitoefening – Code of Conduct. Een lid is onder meer gehouden zijn werkzaamheden op een eerlijke, zorgvuldige en behoorlijke wijze te verrichten, zich te houden aan wet- en regelgeving en zich verder te onthouden van al wat overigens in strijd is met de eer en waardigheid van het beroep. NOB-leden zijn onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van handelen of nalaten in strijd met deze normen.  Klachtwaardig zijn bijvoorbeeld:

  • blijken van onbekwaamheid (adviezen die een kundig adviseur niet zou geven)
  • blijken van meer dan incidentele slordigheid of onheusheid (voortdurend trage reacties, in het oog springende onwellevendheid)
  • blijken van oneerlijkheid (bewuste onwaarheden, misleidende formuleringen).

Wat betreft het door een NOB-lid bedongen honorarium kan de Raad van Tucht uitsluitend onderzoeken of dit is vastgesteld ‘met inachtneming van de aard, de omvang en het belang van zijn werkzaamheden’ (art. 13 Reglement Beroepsuitoefening). Het is dus een marginale toetsing, waarbij bijvoorbeeld de volgende vragen aan de orde kunnen komen:

  • kunnen de in rekening gebrachte werkzaamheden geacht worden binnen het bereik van de verstrekte opdracht te vallen?
  • heeft de belastingadviseur de declaratie op een daartoe strekkend verzoek van de cliënt op behoorlijke wijze en binnen een redelijke termijn gespecificeerd?
  • zijn de bestede tijd en/of het uurtarief redelijk (in de zin van niet buitensporig) in verhouding tot de verrichte werkzaamheden?

Als de Raad van Tucht uw klacht gegrond verklaart kan hij (in volgorde van gewicht) de volgende maatregelen toepassen:

  • Waarschuwing 
  • Berisping
  • Schorsing voor een periode van maximaal zes maanden
  • Ontzetting uit het lidmaatschap.

Wordt de klacht door de Raad van Tucht geheel of gedeeltelijk ongegrond of niet-ontvankelijk verklaard, dan kan men hiertegen beroep instellen bij de Raad van Beroep. Het is niet mogelijk beroep in te stellen tegen de zwaarte van de opgelegde maatregel.

Let op: de tuchtrechter kan geen schadevergoeding toekennen dan wel declaraties vernietigen of verminderen. Daarvoor moet een klager zich tot de burgerlijke rechter wenden.

Klachten kunnen gericht worden aan:

De Raad van Tucht van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs

Postbus 2977

1000 CZ AMSTERDAM

Onder Tuchtrecht vindt u de geanonimiseerde uitspraken van het betreffende tuchtcollege in chronologische volgorde. U kunt door middel van filters zoeken op type en thema.