Vertrouwen is beter
Veel belastingadviseurs die in dit magazine aan het woord komen zijn nogal dubbel over hun relatie met de belastingdienst. Die is weliswaar beter dan voorheen, maar te vaak ontbreekt het nog aan een gevoel van gelijkwaardigheid en onderling vertrouwen.
Het officieuze motto van de fiscus zou dan ook kunnen luiden: ‘vertrouwen is goed, controle is beter’. Deze gevleugelde uitspraak wordt aan Lenin toegeschreven, ruim 100 jaar geleden. En nog steeds hoor je die woorden regelmatig voorbijkomen. Zoals in de radioreclames van een bedrijfsrecherchebureau: ‘Vertrouwen is goed, Hoffman is beter’. Het is de grote misvatting van onze tijd. Je kunt het namelijk veel beter omdraaien: ‘Controle is goed, maar vertrouwen is beter’. Want controle is meestal een illusie. In onze complexe moderne samenleving zijn er nog maar weinig dingen die we daadwerkelijk kunnen controleren. Denk maar aan privacy, de media, global warming of belastingen. De verbeten strijd om de wereld om je heen volledig te beheersen is op voorhand verloren. De obsessie dat we alles onder controle moeten zien te krijgen is een recept voor ellende en teleurstelling. Zowel zakelijk als privé is niet controle maar vertrouwen de enige manier om effectief om te gaan met de onzekerheden van het leven. Niet uit onnozelheid of naïviteit. Geen blind vertrouwen op de goede afloop. Maar vertrouwen als primaire levenshouding. Niet voor niets is er ook een tegeltje met de tekst: Het is beter om te vertrouwen en soms teleurgesteld te worden, dan te wantrouwen en je de hele tijd ongelukkig te voelen. Met andere woorden: je wordt misschien bedrogen als je teveel vertrouwt. Maar als je te weinig vertrouwt wordt het leven pas echt een kwelling. De uitspraak van Lenin, waarin hij controle boven vertrouwen stelt, getuigt van een cynisch mensbeeld. Controle is nooit de overtreffende trap van vertrouwen, hooguit een laffe en bange variant ervan. Vertrouwen vraagt om moed. Van beide kanten.