Formeel Procesrecht
Doelgroep
Verplicht voor alle aspirant-leden met uitzondering van de aspirant-leden die het technisch traject voor de nationale praktijk en het vaardighedentraject volgen. Deze aspirant-leden kunnen Formeel Procesrecht als keuzevak volgen. Deze cursus wordt in het derde[1] lidmaatschapsjaar gevolgd.
Cursusdoel
De cursus is gericht op het bijbrengen van inzicht in de formele aspecten van een fiscale procedure, op het ontwikkelen van vaardigheid in het indelen en formuleren van beroepschriften en in het persoonlijke optreden tijdens een zitting. Daarnaast brengt de cursus inzicht bij in tactische overwegingen die een rol plegen spelen tijdens procedures. Ook worden de deelnemers getraind in de behandeling van diverse beslissingsmomenten die zich in de loop van procedures aandienen (bijvoorbeeld in het proces brengen van stukken, aanbod van bewijs, bijvoorbeeld door getuigen, nieuwe grieven en verweren ter zitting etc.). De cursist dient zich vóór aanvang van de cursus de ter zake geldende bepalingen uit de AWB en de AWR eigen te maken en bestudeert ook de syllabus.
Docenten
Dag 1
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur en de verhouding tussen Awb en AWR
Heleen Bisschoff-Moonen (Maastricht University), Nadine Gorissen (Maastricht University), Diana van Hout (Radboud Universiteit en Tilburg University) en Martijn Weijers (Radboud Universiteit).
Inlichtingenverplichtingen en bewijslastverdeling
Merijn van Leeuwen (advocaat-belastingkundige bij Van Leeuwen advocatuur) en Jeannette van der Vegt (raadsheer Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch).
Dag 2
NOB-docenten
Frits Barnard (Deloitte), Ron Jeronimus (Hertoghs advocaten), Paul Halprin (HALPRIN LAW), Frank Herreveld (Herreveld Van Sprundel en Partners), Jantine Kastelein (Meijburg & Co) en Touria El Ouardi (BDO).
Raadsheren en inspecteurs
In de gesimuleerde hofzittingen treden als raadsheer op: Peter Cools (Hoge Raad der Nederlanden), Frans-Jozef Haas (Hof Amsterdam), Marije Harthoorn (Hof Arnhem-Leeuwarden), Mirjam Leijdekker (Hof Amsterdam), Elise Okhuizen (rechtbank Arnhem), Maarten Pieterse (Hof ’s-Hertogenbosch) en Peter Pijnenburg (Hof ’s-Hertogenbosch).
Als inspecteur treden wisselend op: Marjolein de Borst (Belastingdienst/ Grote Ondernemingen), Michiel van Eeken (Belastingdienst/lid van de CCB ((Coördinatiegroep Constructie Bestrijding onderdeel van Grote Ondernemingen)), Yvonne Ootes (Belastingdienst/Grote ondernemingen West), Eric Poelmann (Belastingdienst/DG/T en hoogleraar Algemeen Belastingrecht/fiscale rechtsbescherming aan de RUG), Igor Thijssen (Belastingdienst/lid van de CCB ((Coördinatiegroep Constructie Bestrijding onderdeel van Grote Ondernemingen)) en Toon Vroon (Ministerie van Financiën – Beleidsadviseur Omzetbelasting).
Inhoud
Dag 1
Deze dag staat in het teken van het formele procesrecht. Tijdens deze dag wordt aandacht besteed aan de ‘Algemene beginselen van behoorlijk bestuur en de verhouding tussen Awb en AWR’ en ‘Bewijslastverdeling ((omkering) bewijslast, inlichtingenverplichtingen).
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur en de verhouding tussen Awb en AWR
Het formele belastingrecht speelt een steeds belangrijker rol in het belastingrecht. Elke fiscalist heeft zich thans niet alleen rekenschap te geven van de Algemene wet inzake rijksbelasting (AWR), maar ook van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Staan bij de AWR vooral de bevoegdheden van de fiscus centraal, bij de Awb valt het accent juist meer op de rechtsbescherming van de burger. Voor de praktijk is een goede kennis van het formele belastingrecht onontbeerlijk. In deze cursus zal o.a. aandacht worden besteed aan de betekenis van de Awb voor de rechtspositie van de burger. Verder komen de algemene beginselen van behoorlijk bestuur aan de orde.
Inlichtingenverplichtingen en bewijslastverdeling
Bij dit onderdeel wordt niet alleen ingegaan op de bewijslastverdeling, maar komen ook de steeds meer uitdijende inlichtingenverplichtingen aan bod.
Dag 2
Op de tweede dag komen ‘s ochtends onderwerpen zoals procespartijen (niet alleen inspecteur en adviseur, maar ook cliënt, rechter en griffie), rechts(in)gangen en procesattitudes aan bod. Vervolgens wordt aandacht besteed aan de omgang met procesrechtelijke regels en procedures, in eerste aanleg bij de rechtbanken en in appél bij het gerechtshof. Ook wordt uitgebreider aandacht besteed aan gedragsvaardigheden, mediation, hoger beroep (appél) bij het Hof en cassatieberoep bij de Hoge Raad.
In de middag van dag 2 worden in enkelvoudige kamers casus behandeld. In deze zittingen treedt telkens één cursist op als adviseur. Deze cursisten worden ad random door de SOB geselecteerd.
Werkwijze
Dag 1
De materie wordt per onderdeel door de docenten in werkcolleges behandeld. Cursisten krijgen per onderdeel (per docent) een voorbereidingsopdracht, die gemaakt wordt aan de hand van de voor de cursus aanbevolen literatuur.
Dag 2
Met het cursusmateriaal voor dag 2 ontvangen de cursisten een casus waarvoor een beroepschrift moet worden geschreven. Twee weken voor cursusdatum ontvangen ze het beste beroepschrift en het verweerschrift. Op basis van de informatie die dan tot hun beschikking staat, wordt hen gevraagd zich voor te bereiden op de zitting.
Praktische gegevens
[1] Aspirant-leden die actief betrokken zijn geweest bij een procedure, kunnen de cursus in een eerdere fase van hun opleiding volgen. Er moet dan wel sprake zijn van actieve betrokkenheid (stukken schrijven, voorbereiding, bijwonen zitting). Het aspirant-lid dat van deze mogelijkheid gebruik wil maken, moet een verklaring van kantoor overleggen waaruit blijkt dat hij actief betrokken is geweest bij twee procedures.
Tijdsbeslag: | 2 dagen (niet aansluitend, 4 dagdelen) |
Werktijden: | 10.00 uur tot 17.15 uur |
Kosten: | Zie kosten / bedrag bij annulering, afwijzing of afwezigheid € 600,00 (excl. btw) |
Deelnemers: | maximaal 60 personen |
Inschrijven voor deze cursus is mogelijk via uw Persoonlijke Pagina. Dit kan alleen als de cursus onderdeel uitmaakt van uw traject.