Appreciatie rapport ‘De fiscale positie van de DGA’

De NOB verwelkomt dit rapport dat de wetgever kan ondersteunen bij de verbetering van het fiscale stelsel en in het bijzonder de belastingheffing van de directeur-grootaandeelhouder (hierna: DGA). We vragen daarbij oog te hebben voor de belastingdruk voor de DGA en daarbij mede de belastingdruk van andere typen van belastingplichtigen in overweging te nemen.

De NOB neemt actief deel aan het maatschappelijke debat over belastingen. Dat doen we vanuit de fiscale inhoud en steeds vaker ook proactief. We zijn een brede fiscale denktank, die zijn kennis gevraagd en ongevraagd ter beschikking stelt. Binnen die denktankstrategie past ook de ondersteuning van onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek. In de afgelopen periode hebben de SRA en NOB een onafhankelijk onderzoek naar de fiscale positie van de DGA financieel ondersteund. Dat hebben we gedaan omdat familiebedrijven en diens DGA’s een belangrijke schakel zijn in ondernemend Nederland.

De auteurs Ruud van den Dool, Michael van Gijlswijk, Mascha Hoogeveen, Arjan Lejour en Stan Stevens hebben onafhankelijk onderzoek gedaan en leveren daarmee een bijdrage aan een open debat over de DGA, diens plaats in het fiscale stelsel en de plaats van diens onderneming in de BV Nederland. Zij beschrijven de positie van de DGA in het totale belastingstelsel en onderzoeken de bestaande regelgeving voor DGA’s. De NOB herkent de gesignaleerde knelpunten voor zowel belastingplichtigen als de Belastingdienst.

Door de verschillende perspectieven die de auteurs belichten, geeft het rapport een zeer compleet en actueel inzicht in de huidige regels voor DGA’s. De NOB complimenteert de auteurs met dit indrukwekkende resultaat. Het rapport geeft niet alleen de complexiteit van het huidige belastingstelsel weer maar illustreert ook de noodzaak tot een structurele herziening van het belastingstelsel. De aanbevelingen die de auteurs in het rapport doen om specifieke regelgeving op korte termijn te verbeteren, interpreteren we vooral als een oproep voor een fundamentele herziening van het systeem. Het zijn als het ware de bouwstenen voor de ontwikkeling van een verbeterd en toekomstbestendiger belastingstelsel. Door opeenvolgende maatregelen is inmiddels een lappendeken ontstaan die heeft geleid tot een gebrek aan coherentie in het systeem. De NOB onderschrijft de conclusie dat de complexiteit van het stelsel vaak wordt veroorzaakt door de systeemverschillen binnen en tussen de verschillende boxen; bijvoorbeeld de samenloop tussen box 2 en box 3.

Economisch perspectief

Interessant is dat de positie van de DGA ook vanuit een economische invalshoek is belicht. Door dat perspectief toe te voegen is het rapport nog completer geworden. De auteurs wijzen er terecht op dat verbetering van de databronnen wenselijk is om een meer accuraat beeld van de economische positie van de DGA te kunnen geven. De NOB onderschrijft het belang van consistentie van databronnen om het effect van belastingmaatregelen beter te kunnen meten.

Globaal evenwicht

Het rapport geeft inzicht in de maatregelen die de afgelopen jaren zijn genomen om het globaal evenwicht te herstellen en belastinguitstel te voorkomen en geeft een genuanceerd beeld van de belastingheffing van de DGA. De NOB constateert dat er al veel is veranderd in de belastingheffing van de DGA. De ruimte om de belastingheffing uit te stellen is bijvoorbeeld beperkt. De NOB adviseert daarom de effecten van de reeds genomen maatregelen in kaart te brengen alvorens nieuwe maatregelen te treffen. Dat geeft meer rechtszekerheid en past bij een betrouwbare overheid.

Bij reflecties over de evenwichtige belastingdruk tussen verschillende typen belastingplichtigen blijft de vraag bestaan met wie de DGA moet worden vergeleken. Moet de DGA enkel worden vergeleken met een eenmanszaak of zou je ook een vergelijking moeten maken met de belastingheffing van grote ondernemingen. Moet onderscheid worden gemaakt tussen de belastingheffing over de beloning voor arbeid en de beloning voor het ter beschikking stellen van kapitaal en dus ook vergeleken worden met de belastingheffing van beleggers. Kortom de norm waarmee de DGA moet worden vergeleken is nog open voor debat.

Diversiteit van de DGA

Het rapport nuanceert het beeld dat vaak wordt geschetst van de DGA. Er is een scheve verdeling van de winst over vennootschappen; bijna 90% van de winst van vennootschappen van DGA’s ligt onder de 100.000 euro.

De DGA wordt in verschillende fasen belast. De meeste DGA’s opereren via een BV en over de winst die de BV behaalt is direct vennootschapsbelasting verschuldigd. Wanneer deze winst wordt uitgekeerd ontstaat opnieuw een heffingsmoment. Uit het onderzoek blijkt dat er verschillende niet fiscale overwegingen zijn voor uitstel van dat heffingsmoment.

Daarnaast is de DGA verplicht salaris aan zichzelf toe te kennen, het gebruikelijk loon, en dat gebruikelijk loon is direct belast. Voor de grootste groep DGA’s wordt de belastingdruk in belangrijke mate bepaald door dit gebruikelijk loon dat, net als voor alle werknemers, belast wordt in box 1. Aangekondigd is dat het tarief in box 2 verhoogd zal worden naar 31% waardoor de belastingdruk van de DGA (na heffing van vennootschapsbelasting) uitkomt op circa 48%. Het zogenoemde globale evenwicht wordt hierdoor voor een groot deel hersteld omdat het toptarief in box 1 op dit moment 49,5% bedraagt.

Ondernemersklimaat / concurrentiepositie

In het rapport wordt geconcludeerd dat Nederland veelal een aantrekkelijk ondernemingsklimaat heeft maar dat het Nederlandse belastingbeleid dit klimaat de laatste jaren niet ondersteunt.

De NOB geeft de auteurs de suggestie mee om een meer uitgebreid onderzoek te doen naar de fiscale positie van de DGA in de landen om ons heen in de vorm van een rechtsvergelijkend onderzoek.

Afsluitend

De NOB onderschrijft de nood voor een structurele revisie van het belastingstelsel zodat dit neutraler en toekomstbestendiger wordt. Dat komt ook naar voren in eerdere uitingen. Zo heeft de NOB in haar reactie op de internetconsultatie inzake fiscale regelingen ook opgeroepen tot de ontwikkeling van een visie op een nieuw belastingstelsel dat voor iedereen werken en ondernemen lonend maakt en arbeidsparticipatie en economische groei stimuleert in plaats van afremt. Ook in de opinie in het FD ‘Kabinet moet het box 3-gevecht staken en een masterplan maken’ roept de voorzitter van de NOB op om een fiscaal masterplan te maken. Niels Boef: “Het is tijd dat het kabinet werkt aan een masterplan dat vertrouwen creëert, rechtszekerheid bevordert en budgettaire rust biedt.”

Voor de samenvatting van de belangrijkste conclusies en aanbevelingen verwijzen we naar de bijlage bij dit bericht. In die beschouwing wordt ingegaan op het duale belastingsysteem, de belastingdruk op het arbeidsinkomen van de DGA, IB-ondernemer en werknemer, de economische benadering voor de aanmerkelijkbelangregeling en de bedrijfsopvolging.

Luister ook naar onze Podcast NOB PoortPraat met Caroline van der Woude en Stan Stevens over deze publicatie. Daarin wordt bijvoorbeeld ingegaan op het belasten van het werkelijk rendement in box 3, de terbeschikkingstellingsregeling, de ruimte om belastinguitstel te bestrijden en de economische benadering van het aanmerkelijk belang.

Gerelateerd